‘Wie ben ik om te zeggen hoe God eruit ziet, hoe Hij functioneert en wat Hij wil? Zelf ben ik maar een eenvoudig mens met een beperkt verstand, waardoor het onmogelijk is voor mij om met volle overtuiging iets te kunnen kennen of zeggen over God.
Dit lijken op het eerste zicht vrome woorden, maar kunnen we God werkelijk niet kennen? Is er niets dat we met volle overtuiging over God kunnen en mogen zeggen?
De Bijbel lijkt ons op het eerste zicht twee tegengestelde waarheden weer te geven als het gaat over het kennen van God. Enerzijds bespreekt het Zijn transcendentie en anderzijds Zijn immanentie.
Gods transcendentie > God overstijgt het menselijk begrip
De Here is groot en zeer te prijzen, zijn grootheid is ondoorgrondelijk.(Psalm 145:3)
Transcendentie betekent letterlijk ‘het voorbij-schrijden’ en slaat op het “boven iets staan”. Zoals een goede leraar boven zijn leerstof staat, en er van buitenaf naar kan kijken, zo staat een transcendente God boven en buiten zijn schepping, en kan die als object beschouwen en behandelen. (Job 11:7/Jes.40:18/Jer.46:9/Jer.55:8-9/Rom.11:33)
Omdat God oneindig is en wij beperkt zijn kunnen we Hem nooit volledig kennen. In dat opzicht is God ondoorgrondelijk, onmogelijk om volledig te vatten. Dit wil niet zeggen dat God onmogelijk gekend kan worden, maar wel dat we nooit de volledige kennis van Hem zullen hebben.
O diepte van rijkdom, van wijsheid en van kennis Gods, hoe ondoorgrondelijk zijn zijn beschikkingen en hoe onnaspeurlijk zijn wegen!(Rom.11:33)
Het is niet alleen waar dat we God nooit volledig zullen kennen, we zullen zelfs nooit één karaktereigenschap van Hem volledig kunnen doorgronden. Zijn grootheid (Ps.145:3), Zijn verstand (Ps.147:5), Zijn kennis (Ps.139:6), Zijn rijkdom, wijsheid, beschikkingen (raadsbesluiten) en wegen (Rom.11:33) stijgen allemaal boven ons vermogen om ze volledig te kennen.
We kunnen wel iets van Gods liefde, kracht, wijsheid, enz… kennen, maar we kunnen Zijn liefde bijvoorbeeld nooit in de volledige diepte kennen. We kunnen enkel dezelfde woorden als David gebruiken in ons besluit hierover…
Het begrijpen is mij te wonderbaar, te verheven, ik kan er niet bij.(Psalm 139:6)
Wat is er nu zo leuk aan deze waarheid dat we God toch nooit volledig kunnen en zullen kennen?
- We kunnen nooit te veel kennis hebben over Hem.
Het werkelijk willen kennen van de Allerhoogste is een onuitputtelijke bron. Mits dit gedaan wordt met de juiste motieven, want enkel kennis maakt opgeblazen, is dit een waardevol streven, een nuttige tijdsbesteding die eeuwigheidswaarde heeft. Mocht je ooit tot het besluit komen dat je genoeg kent van Hem, mag je eveneens concluderen dat je Hem nog niet genoeg kent. ;o) - We zullen nooit te veel kennis hebben over Hem.
Het onderzoeken en het beter leren kennen van God zal nooit stoppen. We zullen dus nooit vermoeien in onze ontdekkingsreis naar het meer zien en begrijpen van Zijn voortreffelijkheid en de grootheid van Zijn werken. Zelfs na dit leven, wanneer we bevrijd zijn van de aanwezigheid van zonde in ons, zullen we nooit stoppen met het onderzoeken van Hem. Zelfs dan, zal ons kennen van Hem niet volledig zijn. Ons kennen zal dan weliswaar volkomen zijn, dus vrij van fouten en dwalingen, maar niet volledig.
Gods immanentie > God is te begrijpen en te kennen
Zo zegt de Here: De wijze roeme niet op zijn wijsheid,en de sterke roeme niet op zijn kracht, de rijke roeme niet op zijn rijkdom, Maar wie roemen wil, roeme hierin, dat hij verstand heeft en Mij kent, dat Ik de Here ben, die goedertierenheid, recht en gerechtigheid op aarde doe; want in zodanigen heb Ik behagen, luidt het woord des Heren. (Jer.9:23-24)
Met immanentie wordt bedoeld dat God voortdurend van nabij aanwezig is, als een innerlijke drijvende kracht die de ganse schepping doordringt. Hij is steeds op de schepping betrokken zonder daarin op te gaan, of op enige manier op te houden met goddelijk te zijn. God leeft onder ons, is te vatten en kunnen we kennen. (Joh.17:3/Gal.4:9/1Joh.2:3/1Joh.5:20)
Alhoewel we God nooit in alle diepten kunnen kennen of doorgronden, kunnen we juiste, ware dingen van Hem kennen. Alles wat de Bijbel zegt over God is waar. Het is juist om te zeggen dat God liefde is (1Joh.4:8), dat God licht is (1Joh.1:5), dat God geest is (Joh.4:24), dat God rechtvaardig is (Rom.3:26), enz… . Om dit te kunnen zeggen, moeten we niet persé alles weten over God, Zijn liefde, Zijn rechtvaardigheid of een andere eigenschap van Hem.
Als ik zeg dat ik drie kinderen heb, spreek ik volledige waarheid. Toch weet ik niet alles van mijn kinderen, zelfs niet van mezelf. Zo is het ook in onze kennis van God: we hebben juiste, ware kennis van God door Zijn Woord, de Bijbel, ook al hebben we geen onuitputtelijke kennis. We kunnen gedachten van God kennen, door de Bijbel, en ze net zo kostbaar vinden als David.
Hoe kostelijk zijn mij uw gedachten, o God, hoe overweldigend is haar getal. (Psalm 139:17)
Deze woorden gaan enorm diep! Het is God zelf die we leren kennen, niet enkel feiten over Hem of dingen die Hij doet. We leren God persoonlijk kennen. Er is een groot verschil tussen iets over iemand weten of iemand kennen. We kunnen bijvoorbeeld veel feiten weten over de eerste minister weten, maar we kunnen hierdoor niet zeggen of concluderen dat we hem kennen. Om te kunnen zeggen dat je een persoon kent, moet je deze op z’n minst al ontmoet of gesproken hebben en een bepaalde persoonlijke relatie met deze hebben opgebouwd.
Zo kunnen ook wij God persoonlijk leren kennen en waarheden van Hem ontdekken die blijven staan. We kunnen en moeten ons verlangen richten naar het beter en beter leren kennen van Hem zodat we Hem meer en meer willen en zullen liefhebben. Je kan niets liefhebben dat je niet kent! God laat zich kennen aan diegene die Hem zoeken.
…Ik ken de mijne en de mijne kennen Mij… (Joh.10:14)
De rijkdom van het Christenleven omvat ook een persoonlijke relatie met God. Wij hebben een nog groter privilege (voorrecht) dan enkel het kennen van feiten van God en Zijn handelen. Wij kunnen met Hem spreken in gebed, en Hij antwoord ons vanuit Zijn Woord. Wij leven in Zijn aanwezigheid, wij loven Hem en beseffen dat Hij persoonlijk in het midden van ons leeft en in ons woont (Joh.14:23). Het mag dan ook gezegd worden dat deze persoonlijke relatie met God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest de grootste van alle zegeningen is in het Christenleven.
Gods transcendentie en immanentie gaan hand in hand!
Gods transcendentie en immanentie gaan al heel de geschiedenis hand in hand. We kunnen God niet doorgronden of volledig kennen, maar wel ten dele. We kunnen Hem tot op een bepaalde hoogte leren kennen en onderzoeken. Hij is voor ons geen wazig wezen dat onbereikbaar is. We zijn geschapen naar Zijn beeld en hebben alle middelen van Hem gekregen om Hem beter te leren kennen en ook juist te leren kennen.
Anderzijds is Hij ook geen simpel wezen dat door iedereen zomaar gekend kan worden en in afhankelijkheid leeft van anderen. Hij is God, de Schepper van hemel en aarde die regeert vanop Zijn troon en voor wie iedere knie zal buigen! Hij is de Allerhoogste aan wie niemand of iets gelijk kan zijn. De God die aan niemand verantwoording schuldig is. De God die sprak… en het was er. De God die geen nood heeft aan liefde of genegenheid, want Hij is liefde. Hij is Ik Ben, bestaat uit zichzelf en kan dus niet vergeleken worden met een ander groter of nobel iets.
Zo zegt de Here: De hemel is mijn troon en de aarde de voetbank mijner voeten, waar zou dan het huis zijn, dat gij Mij zoudt bouwen, en waar de plaats mijner rust? (Jesaja 66:1)
Deze God, koos er voor om onder ons te leven en zich bekend te maken. Hij wil dat wij Hem leren kennen in al Zijn grootheid. Hij wil dat we Zijn Woord onderzoeken en zo tot ware besluiten kunnen komen over Zijn machtige zijn. Hij wil dat wij aan de wereld kunnen verkondigen hoe hoog, hoe breed, hoe diep en hoe dichtbij de Rechter van alle harten is.